Wintersport

Geen reacties

WINTERSPORT MET DE AUTO

De vakantie staat voor de deur en dat betekent dat veel wintersporters met de auto Europa in trekken. De winterbanden zijn al enige tijd onder de auto’s gemonteerd. Ook de sneeuwkettingen liggen in de achterbak maar waar moet u nog meer aan denken voor vertrek? Wij hebben een aantal tips op een rijtje gezet om de reis zo comfortabel en kort mogelijk te maken

1. Is je auto winterklaar?

U krijgt te maken met het winterse weer. Dit kan leiden tot vastgevroren deuren, handrem en begeven van de accu. Wat dat vastvriezen betreft: het helpt vaak al om de deuren even extra dicht te duwen om het ijs te breken, en om de handrem nog iets verder aan te trekken om hem gangbaar te maken. Zorg dat u de nodige materialen bij u heeft om uw auto sneeuw en ijsvrij te maken. Wellicht overbodig om te beschrijven, maar helaas zijn er nog altijd een heleboel mensen die het vergeten. Controleer voor vertrek het oliepeil en vul waar nodig aan. Ook de juiste ruitensproeiervloeistof die geschikt is voor (zeer) koude temperaturen moet voor vertrek worden aangevuld.

2. Beperk je reistijd

In de vakantieperiode zijn er een hoop mensen die richting de wintersportorden trekken. Toch zijn er manieren om de reistijd korter te maken en files te ontwijken. Check om te beginnen de wintersportverkeersinformatie. En schaf milieustickers en vignetten van tevoren aan. Dat scheelt erg veel wachttijd bij de grens. Neem ook de goede oude wegenkaarten mee, ook al heb je een goed navigatiesysteem. Op een ouderwetse wegenkaart heb je vaak een beter overzicht als je een alternatieve route wilt kiezen. In Duitsland zijn tussen Keulen en München bijvoorbeeld veel alternatieve routes mogelijk bij eventuele stremmingen.

3. Rijden in de sneeuw

Rijden in de sneeuw is vaak geen pretje. Optrekken kan leiden tot enge glijpartijen, wat daarvoor helpt is optrekken in zijn twee. Probeer verder alle handelingen geleidelijk te doen. Stuur rustig en rem niet abrupt. En stuur bochten niet te scherp in. Ver vooruitkijken voorkomt dat u verrast wordt door plotseling remde auto’s of andere situaties waarop u snel moet anticiperen.

4. Op tijd tanken

Rijdt u in Nederland altijd door tot de laatste druppel? Zorg ervoor dat u op weg naar de wintersport op tijd gaat tanken. Zit de tank nog maar een kwart vol? Stop dan bij de dichtstbijzijnde benzinepomp. Vooral in Duitsland kan er soms wel 80 kilometer tussen twee tankstations zitten. Niet fijn als u in een lange file terecht komt met een tank zwaar in het rood.

5. Houd de auto schoon

In de winter is het zeer belangrijk dat u de auto goed schoon houdt. Sneeuw, modder, ijs, maar met name pekel en strooizout kunnen (flinke) schade toebrengen aan de carrosserie en de lak. Daarom is het belangrijk dat u de auto bij terugkomst wast of er in ieder geval voor zorgt dat strooiresten verwijderd worden.